Op zaterdag 28 juli jl. overleed op 98 jarige leeftijd Riekele Witteveen. Op donderdag 2 augustus werd in de Bethelkerk te Barneveld afscheid van hem genomen. Een afscheidsdienst die velen niet snel zullen vergeten, gelet op het persoonlijk karakter van deze dienst, waarbij de kinderen en kleinkinderen een belangrijke rol vervulden. De stemming tijdens de dienst en bij het condoleren was zeker niet droevig te noemen; er was eerder blijdschap. Hij kwam eindelijk thuis of zoals zijn zoon Fokko het benoemde:
“Ons verdriet is groot, maar er is zoveel troost te vinden in de gouden jaren die wij als kinderen en kleinkinderen tot in ons diepste zijn hebben mogen ervaren. We zwaaien je met z’n allen uit. Je bent eindelijk thuis. Doe ma en allen die ons dierbaar zijn in het licht hierboven een hele dikke knuffel van ons.“
Riekele Witteveen: In1955 kwam hij op de Rudolphstichting als hoofd van het jongenspaviljoen. Voor ons, jongens van het jongenspaviljoen, was hij een begrip. Hij had het hart op de goede plaats, maar kon af en toe ook wel eens ‘kort voor de kop’ wezen. Anderen zouden zeggen scherp of dikwijls fel in zijn reacties. Samen met een aantal anderen heeft hij ervoor gezorgd dat het klimaat in het jongenspaviljoen geleidelijk aan veranderde. Hij bood ruimte en stimuleerde het beoefenen van diverse sporten, waaronder het wandelen. Velen van ons zullen zich nog de avondvierdaagsetijd herinneren onder begeleiding van Riekele. Hij had een geweldig repertoire aan liedjes, wat een power en wat een stemgeluid had die man.
Maar er is meer. Riekele Witteveen heeft 35 jaar zijn krachten gegeven aan het werken in de jeugdzorg, waarvan 27 jaar in zijn geliefde Jeugddorp De Glind. In 1982 kreeg hij voor zijn werkzaamheden en vrijwilligerswerk een eremedaille in goud, verbonden aan de orde van Oranje Nassau opgespeld. In oktober 1982 nam hij als werknemer officieel afscheid van het Jeugddorp. Bij zijn afscheid zei hij in een interview met de Barneveldse krant: “Ieder kind is een glimlach om Gods mond.” Daarmee legde hij in een zin zijn drijfveer bloot om er voor hen te willen zijn.
Maar hij zei meer. In het interview dat ik met hem en zijn zoon Fokko had in 2014 kwam hij nog terug op het betreffende artikel uit 1982. Hij zei:
“Het gaat om het kind. Je moet het kind niet binnen het Jeugddorp willen houden. De Glind is een gemeenschap van kinderen met problemen, niet van probleemkinderen. Je moet de verstoorde relatie tussen ouders en kinderen herstellen. Wij hebben ze slechts geleend. De ouders hebben recht op hun kinderen. Opgroeien buiten het gezin heeft altijd wat onnatuurlijks.”
Met deze woorden heeft hij een belangrijke bijdrage geleverd aan het huidige leefklimaat in zijn geliefde Jeugddorp, waar kinderen tot zichzelf kunnen komen, zo goed mogelijk worden opgevangen en worden begeleid naar een leven buiten de bescherming van het Jeugddorp. Riekele Witteveen: Hij was een markante en oprechte persoonlijkheid die we niet gauw zullen vergeten.
Jaap Krediet, 4 augustus 2018
Geef een reactie